Liever post digitaal ontvangen? Bekijk hier de instructie!

Luisteren, klaarstaan en zorgen voor elkaar. Bij de afdeling Dialyse staat het team altijd klaar voor hun patiënten die ze meerdere keren per week zien. En ze staan klaar voor hun collega’s. “Als je niet lekker in je vel zit, dan moet je geen moeilijke gesprekken voeren”, zegt Sylvia Lauwaet (55), dialyseverpleegkundige bij Adrz. Ze vertelt wat zorgen voor elkaar voor haar betekent.

Sylvia werkt al dertig jaar op de afdeling Dialyse. “Ik volgde ooit de opleiding doktersassistente en een inserviceopleiding in een ziekenhuis in Den Haag. Daarna werkte ik een jaar bij de afdeling Chirurgie in Zierikzee. Toen kwam mijn huidige vacature voorbij. Ik wist niet gelijk wat de functie inhield en dook daarom de bibliotheek in. Ik dacht: ‘dit ga ik gewoon doen’. Ik ben vervolgens aangenomen en het bevalt me zo goed, dat ik hier nog steeds werk.”

Bloed zuiveren met een kunstnier

Bij de afdeling Dialyse komen patiënten meestal twee of drie keer per week naar het ziekenhuis. Hier blijven ze drie tot vier uur om hun bloed te zuiveren via een dialyseapparaat. Sylvia: “Als je nieren niet goed werken, dan heb je geen goede verwerking van afvalstoffen uit het bloed, slechte regulatie van je bloeddruk, geen goede aanmaak van rode bloedcellen en moeten we het bloed zuiveren met de kunstnier. Voor de patiënten is het echt zwaar om hier zo vaak, zo lang te zijn. Natuurlijk zijn ze vaak tevreden met hun smartphone, maar we zouden het fijn vinden om vaker naast de patiënt te zitten. Samen iets leuks doen, zorgt ervoor dat je je beter voelt. Helaas hebben we daarvoor onvoldoende tijd.”

Unieke band

Omdat de patiënten geregeld naar het ziekenhuis komen, bouwen ze een nauwe band op met de verpleegkundigen. “We kennen onze patiënten goed, hebben contact met hun familieleden, weten hoe het thuis gaat en hoe ze in het leven staan. We zien de patiënten tot ze de afdeling verlaten voor een niertransplantatie of overlijden”, vertelt Sylvia. Ook krijgen patiënten te maken met overlijden van medepatiënten en zitten ze ineens naast een lege stoel. Dan gaan ze ook het gesprek aan. Ze beseft dat het opbouwen van zo’n band uniek is.

Patiënt aan zet

Sylvia ziet door de jaren heen een grote verandering in de manier waarop patiënten worden behandeld. “Het is niet meer zo dat verpleegkundigen bepalen wat medisch juist is. We doen het nu echt samen. We vragen de patiënt wat hij zelf wil en aankan. Als hij aangeeft iets niet te kunnen of willen, dan kijken we wat we kunnen aanpassen. We bespreken de voor- en nadelen en geven het aan als iets echt niet kan voor hun gezondheid. Er is een marge waarbinnen je kunt bewegen. Door het samen te bespreken, merkt de patiënt dat hij kan meebepalen. Ze voelen zich beter als ze zich gehoord voelen en invloed hebben op hun leven. Er zijn helaas ook patiënten die gewoon echt niet meer willen of kunnen. Dan ga je moeilijke gesprekken aan.”

Collega’s helpen collega’s

Zorg binnen een chronische patiëntengroep als deze, is zwaar. Je ziet mensen achteruitgaan. Daarom is het erg belangrijk dat de medewerkers ook oog hebben voor elkaar. En dat vindt Sylvia zo fijn aan het werken in dit team. “Als ik het niet trek, omdat ik zelf een keer niet goed in mijn vel zit, dan is er altijd een collega die zegt ‘kom we gaan even zitten of ik neem het van je over’. We beginnen de dag altijd met hoe iedereen erin staat. Iemand die het moeilijk heeft, moet je niet belasten met een erg zieke patiënt en zware gesprekken. Die gesprekken hebben ook impact op ons en je wil er écht kunnen zijn voor je patiënt. In sommige situaties vraag je je af of je iets beter of anders had kunnen doen. Je wilt gewoon dat het goed gaat met iemand. Door er samen over te praten, ook met de medisch specialist, kom je vaak tot de conclusie dat je medische gezien alles goed hebt gedaan, maar dat het gewoon niet anders kon. Dat is best heftig. En daar heb je soms last van. We eindigen de dag altijd samen en bespreken hoe alles verliep. Wat er goed ging, krijgt de nadruk, zodat we niet met een negatief gevoel naar huis gaan. Want de volgende dag willen we er weer staan voor onze patiënten!”

 

Foto-onderschrift: Sylvia zorgt voor mevrouw Geene als ze komt voor de dialyse.