Binnenkort ondergaat uw kind een operatie onder narcose op de operatiekamers. Narcose is een soort diepe slaap waarbij uw kind de operatie niet bewust meemaakt en geen pijn voelt. Anesthesie betekent ‘gevoelloosheid’. Een anesthesioloog is een dokter die gespecialiseerd is in anesthesie, pijnbestrijding en andere medische zorg rondom de operatie. Tijdens de operatie is de anesthesioloog of diens assistent, de anesthesiemedewerker, steeds bij uw kind. Met behulp van bewakingsapparatuur worden de functies van het lichaam van uw kind bewaakt en vast gelegd en zo nodig bijgestuurd tijdens de operatie.
Pre-operatief spreekuur (POS)
Uw behandelend arts heeft u geïnformeerd over de operatie die uw kind ondergaat. Via de polikliniek (van de behandelend arts) ontvangt u een persoonlijke informatiemap (PIM) met alle benodigde informatie en een vragenlijst. Tevens krijgt u een brief mee met daarin datum en tijdstip waarop u en uw kind op de POS-poli worden verwacht. Er wordt u gevraagd digitaal een vragenlijst in te vullen welke met u besproken zal worden. Als u naar de POS-poli komt levert u de (bij voorkeur digitaal) ingevulde en ondertekende vragenlijst af bij de balie. Na het spreekuur gaat u weer naar huis en op de afgesproken datum komt u met uw kind terug voor de operatie.
Alle kinderen worden op de POS-poli beoordeeld door een anesthesiemedewerker en nabesproken met een anesthesioloog, voordat anesthesie kan plaatsvinden. Mocht u liever een gesprek hebben met een anesthesioloog in plaats van een anesthesiemedewerker, dan kun u dat aangeven voordat de POS-afspraak gemaakt wordt. Alle voorbereidingen voorafgaand aan anesthesie vinden plaats op de POS-poli.
Tijdens het spreekuur informeert de anesthesiemedewerker naar de gezondheid van uw kind. Ook wordt gevraagd naar bijzonderheden die van belang kunnen zijn voor de anesthesie zoals medicatiegebruik, allergieën en eerdere anesthesie bij operaties. Naar aanleiding van dit gesprek heeft de anesthesiemedewerker een indruk van de gezondheidstoestand van uw kind en kan hij/zij u informatie geven over de anesthesietechniek die het beste bij uw kind past. U krijgt informatie over premedicatie, dat zijn medicijnen ter voorbereiding voor de operatie. U krijgt informatie over nuchter zijn van uw kind en eventueel welke medicatie gestaakt moet worden voor de operatie of welke gebruikt dienen te worden, nadat er een gesprek met het apotheek service punt (ASP) heeft plaatsgevonden. Er wordt met u besproken of uw kind met ‘het kapje’ in slaap gaat of met een infuus “een prikje”. Uiteraard is er gelegenheid tot het stellen van vragen. Nadien wordt uw goedkeuring gevraagd voor de anesthesie bij de operatie (informed consent).
Als u en uw kind niet op het POS-spreekuur zijn geweest, kan de operatie niet plaatsvinden.
Voorbereiding van uw kind
Een goede voorbereiding van uw kind op de operatie maakt dat u kind minder last heeft van angsten en spanningen. Goede uitleg door de ouder/verzorger is daarom belangrijk.
U kunt uw kind vertellen dat hij/zij:
- naar het ziekenhuis gaat voor een operatie
- vooraf (tijdelijk) niets mag eten of drinken
- de slaapdokter hem/haar in slaap brengt en u daarbij aanwezig bent
- door die slaap niets merkt van de operatie
- na de operatie weer wakker wordt en u daarbij weer aanwezig bent
- met een infuus wakker wordt, dit doet geen pijn
- pijn kan voelen na de operatie, maar hiervoor medicijnen krijgt.
Zelf kunt u ervoor zorgen dat u:
- rustig blijft en rustig praat. U bent de steun voor uw kind. Als u zich onzeker of angstig opstelt heeft uw kind geen steun meer
- uw kind goed luistert naar de anesthesioloog
- naast uw kind staat bij het in slaap brengen. Als de anesthesioloog het voldoende veilig vindt kan uw kind bij u op schoot in slaap gebracht worden
- duidelijk tegen uw kind bent. Als uw kind niet onder anesthesie wil, vertel dan duidelijk dat dit nu toch moet. Maak vooraf eventueel een afspraak over wat u samen zult doen tijdens het in slaap gaan (bijvoorbeeld een liedje zingen, praten over een onderwerp, handen vasthouden)
- ondanks dat uw kind niets mag eten, zorgt u voor uzelf voor een goed ontbijt zodat u fit genoeg bent om uw kind te begeleiden
Voor kinderen kan het geruststellend zijn als ze vooraf ingelicht zijn over het gehele beloop van de ziekenhuisopname. De pedagogisch medewerkers van de kinderafdeling helpen hier graag aan mee. Tijdens een voorbereidingsspreekuur kunnen zij extra informatie geven bijvoorbeeld door middel van fotoboeken, prentenboeken of ziekenhuis spelmateriaal. Dit wordt aangepast aan de leeftijd van het kind. Aansluitend is er de mogelijkheid voor een rondleiding over de afdeling. Mocht u of uw kind hieraan behoefte hebben neem dan contact op met de pedagogisch medewerkers van de kinderafdeling, 088 125 43 29 of het secretariaat, 088 125 43 25. Op de website van Adrz is op de pagina Kindergeneeskunde een voorlichtingsfilm beschikbaar.
Eventueel kunt u samen met uw kind via www.youtube.nl een voorlichtingsfilm over een ander ziekenhuis en narcose bekijken. De film uit het ErasmusMC/Sophia kinderziekenhuis komt goed overeen met de werkwijze in Adrz. Zoek op: anesthesie voorlichting voor kleuters/jongeren.
Operatie uitstellen
De operatie wordt uitgesteld in de volgende situaties:
- direct na een vaccinatie:
> twee dagen na een D(K)TP, HIB, MenC, pneumokok en Hepatitis.
> twaalf dagen na de BMR - drie weken na een kinderziekte of contact met een kinderziekte
- als uw kind op de dag van opname meer dan 38 graden koorts heeft (neem dan contact op met de dagbehandeling Goes of Vlissingen, afhankelijk waar uw kind geopereerd wordt)
- bij veranderingen in de gezondheidstoestand van uw kind (ziekte of ziekenhuisopname) graag melden bij POS
Voorbereiding operatie
Nuchter
Om te voorkomen dat er tijdens anesthesie maaginhoud in de longen komt, mag uw kind een aantal uren voor de anesthesie niets eten en drinken. Als uw kind niet nuchter is wordt de operatie uitgesteld of geannuleerd.
Wanneer de operatie voor 12.00 uur plaatsvindt mag uw kind vanaf middernacht niets meer eten. Uw kind mag wel tot 1 uur voor de operatie nog heldere vloeistoffen drinken (kleine hoeveelheden water, appelsap, heldere thee, zwarte koffie – dus zonder melk of melkpoeder-, geen alcohol, geen koolzuurhoudende dranken. Langere nuchtere periodes zijn niet zonder risico en kunnen o.a. leiden tot uitdroging en ontregeling van de suikers. Daarnaast kan dit voor onnodige stress en discomfort bij het kind en zijn verzorgers zorgen.
Baby’s die flesvoeding krijgen mogen tot 6 uur voor de operatie nog flesvoeding krijgen. Baby’s die borstvoeding krijgen mogen tot 4 uur voor de operatie nog borstvoeding krijgen.
Wanneer de operatie na 12.00 uur plaatsvindt mag uw kind tot 07.00 uur in de ochtend nog een licht ontbijt nuttigen. Ook mag tot 1 uur voor de operatie nog heldere vloeistoffen drinken (kleine hoeveelheden water, appelsap, heldere thee, zwarte koffie – dus zonder melk of melkpoeder-, geen alcohol, geen koolzuurhoudende dranken).
Minimum aantal uren nuchter voor operatie
Heldere dranken* één uur
Borstvoeding vier uur
Lichte voeding en melk** zes uur
Maaltijd*** acht uur
*Heldere dranken: kleine hoeveelheden water, appelsap, heldere thee, zwarte koffie.
Geen alcohol en geen koolzuurhoudende dranken.
**Voeding: lichte maaltijd (boterham).
***Gefrituurde, vetrijke-en vleesmaaltijden kunnen de maagontlediging sterk vertragen.
Premedicatie
Soms wordt door de anesthesioloog extra voorbereidende medicatie (drank, tablet of rectaalvloeistof) afgesproken. Dit wordt door een verpleegkundige op de afdeling toegediend. Als op de POS poli is besloten dat de anesthesie middels een infuus toegediend wordt, brengt de verpleegkundige op de afdeling zalf aan. Dit is zalf waardoor het plaatsen van het infuus minder gevoeld wordt.
Kleding en begeleiding
- Uw kind kan een eigen (oude) pyjama aan op de operatiekamer of een operatiehemd van het ziekenhuis
- Er kan een beetje bloed op de pyjama komen
- Uw kind mag een knuffel, speeltje en/of speen meenemen naar de operatiekamer
- Sierraden zijn verboden op de operatiekamer, zowel voor uw kind als voor uzelf
- Laat waardevolle spullen thuis
Ouder begeleider en Inleiding
Bij de inleiding (het starten van de narcose) mag één ouder/verzorger aanwezig zijn. U bent niet verplicht om hierbij aanwezig te zijn.
In sommige gevallen wordt door de anesthesioloog besloten dat het voor de veiligheid van uw kind beter is om niet aanwezig te zijn. De ouder/verzorger krijgt op de voorbereidingsruimte van de operatiekamers een pak aan die de eigen kleding volledig bedekt. U krijgt een muts op die uw haar volledig bedekt en speciale schoenen aan.
Het is belangrijk dat als er losse tanden aanwezig zijn bij het kind, dit gemeld wordt aan de anesthesioloog voor de inleiding. Dat zorgt ervoor dat de anesthesioloog en het team er extra alert op kunnen zijn om eventuele schade of losraking te voorkomen.
De narcose
Na controle van alle gegevens van uw kind door de behandelend arts, anesthesioloog en het team samen met u en uw kind, krijgt hij een klemmetje op de vinger om het zuurstofgehalte in het bloed te controleren. Dit is niet pijnlijk. Daarna wordt uw kind onder narcose gebracht met een kapje of via het infuus zoals besproken op de POS-poli. De narcose damp die via het kapje toegediend wordt, vinden kinderen meestal niet zo lekker ruiken. U kunt bij de voorbereiding uitleggen dat het luchtje weggeblazen kan worden. Ook bij kinderen die met een kapje in slaap gemaakt zijn wordt meestal een infuus ingebracht. Uw kind slaapt dan al en voelt niets van dit prikje. Kinderen die met een infuus in slaap gaan krijgen EMLA zalf. Dit is een verdovende zalf waardoor uw kind minder voelt van het prikje, het inbrengen van het infuus (hol plastic buisje). Via het infuus spuit de anesthesioloog slaapmedicatie in waardoor uw kind in slaap valt. Tijdens het in slaap vallen kan uw kind onrustig worden, met de ogen draaien, hoesten of onregelmatig ademhalen. Deze kenmerken zijn normaal en horen bij het in slaap vallen door narcose. Nadat uw kind onder narcose gebracht is wordt er een beademingsbuisje in de luchtpijp gebracht ter ondersteuning van de ademhaling. Uw kind merkt er niets van omdat het onder narcose is. Tijdens de narcose worden de gehele tijd de bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte in het bloed gecontroleerd.
Als uw kind onder narcose is, verlaat u de operatiekamer. U wordt dan begeleid naar de wachtruimte of de afdeling. Zodra de operatie klaar is en uw kind is aangesloten aan de bewakingsapparatuur van de uitslaapkamer/verkoever mag u weer bij uw kind. U wordt opgehaald/gebeld door de verkoeververpleegkundige. Wachten duurt vaak lang, zorg voor wat afleiding, neem bijvoorbeeld een boek mee. Op de verkoever is het belangrijk dat u zich houdt aan de aanwijzingen die het verkoeverpersoneel u geeft. Zo verloopt het ontwaken van uw kind uit de narcose zowel voor uw kind als voor u het prettigst.
Verkoeververpleegkundigen kunnen u geen informatie geven over de operatie. Uw behandelend arts informeert u en beantwoordt eventuele vragen.
Regionale anesthesie
Bij sommige operaties kan algehele anesthesie gecombineerd worden met plaatselijke verdoving. Bij plaatselijke verdoving (block) wordt een verdovingsmiddel rond een zenuw gespoten waardoor deze tijdelijk uitgeschakeld is. Het doel van deze plaatselijke verdoving is pijnbestrijding na de operatie. Op de POS-poli en/of door de hoofdbehandelaar wordt regionale anesthesie met u en uw kind besproken, indien dit aan de orde is.
Na de operatie
Na de operatie wordt uw kind naar de verkoever gebracht door de anesthesioloog. Ontwaken uit narcose gebeurt op de verkoever/uitslaapkamer onder controle van verkoeververpleegkundige en met behulp van bewakingsapparatuur. Eventueel krijgt uw kind extra pijnbestrijding of medicatie tegen misselijkheid. Soms heeft uw kind last van de keel, dat kan komen van het buisje dat tijdens de operatie in de luchtpijp is gebracht. Dit geïrriteerde gevoel verdwijnt vanzelf binnen enkele dagen. Zodra uw kind voldoende wakker en stabiel is waarschuwt de verkoeververpleegkundige de afdelingsverpleegkundige u om uw kind op te halen.
Als het mogelijk is zal uw kind een waterijsje aangeboden krijgen op de uitslaapkamer.
Complicaties en bijwerkingen
Door voortdurende ontwikkeling kan narcose veilig worden uitgevoerd en precies aangepast worden op uw kind. Desondanks kunnen er complicaties ontstaan zoals allergische reactie op medicijnen en beschadiging van tanden. Op de POS-poli wordt met u besproken of de narcose voor uw kind bijzondere risico’s met zich meebrengt.
Nazorg
Kinderen die een goede pijnbestrijding krijgen na een operatie herstellen sneller. Daarom is het belangrijk dat u of uw kind regelmatig aan de verpleegkundige laat weten of de pijnmedicatie goed helpt. Pijnmedicatie wordt op vaste tijden gegeven. Hierdoor ontstaat een continu pijnstillend effect. Zo nodig kan de pijnstilling aangepast worden. Het is afhankelijk van de aard van de ingreep wanneer uw kind weer naar huis mag. Bij dagbehandeling mag uw kind meestal weer naar huis als het goed wakker is, iets gedronken heeft, niet misselijk is en geplast heeft. Zorg dat u de pijnstillers of een recept mee naar huis krijgt, zoals de anesthesioloog heeft afgesproken. Na een operatie is het normaal dat uw kind zich een tijdje niet fit voelt.
Dit ligt, naast de anesthesie, aan de ingrijpende gebeurtenis die een opname en operatie nu eenmaal is. Het is belangrijk dat er de eerste 24 uur iemand bij het kind aanwezig is om bij problemen direct te kunnen handelen.
Net als bij uw hoofdbehandelaar dient ook voor de anesthesie de wettelijk vertegenwoordiger van het kind toestemming te geven voor de behandeling.
Contact
Heeft u na het lezen van de folder nog vragen of ontstaan er na de behandeling onverhoopt problemen, neem dan contact op met de de POS-poli via 088 125 44 30. Dit kan van maandag tot en met vrijdag 8.30 uur tot 12.00 uur en van 13.00 uur 16.30.
Als u de afdeling niet kunt bereiken, kunt u bellen naar de Receptie van Adrz via 088 125 00 00.
Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan contact op via het contactformulier. Deze wordt vaak dezelfde werkdag nog in behandeling genomen. U kunt op werkdagen tussen 8.00 uur en 13.00 uur ook telefonisch contact opnemen met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00, kies in het keuzemenu voor optie 1.
Andere belangrijke telefoonnummers
Dagbehandeling kinderen Goes, 088 125 43 25
Dagbehandeling kinderen Vlissingen, 088 125 51 75
Kinderafdeling Goes, 088 125 43 25
Voorbereidingsspreekuur pedagogische zorg 088 125 43 29/088 125 43 25
Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan op werkdagen tussen 8.00 uur en 13.00 uur contact op met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00 of via het contactformulier.