Adrz

Deze folder geeft u meer informatie over de behandeling bij sub-acromiaal pijnsyndroom (SAPS). Het is goed u te realiseren dat de situatie voor u persoonlijk anders kan zijn dan beschreven.

Met lichamelijk onderzoek kan de arts redelijk zeker zeggen of het SAPS is. Als u korter dan 6 weken klachten heeft, is aanvullend onderzoek meestal niet nodig. Vaak is uitleg, houdings- en belastingsadvies voldoende. Eventueel krijgt u een pijnstiller of – bij heftige pijn – een ontstekingsremmende injectie in de slijmbeurs tussen schouderdak en schouderpezen. Een röntgenfoto of echografie kan nodig zijn als de klachten langer duren. Soms geeft een MRI-scan nuttige aanvullende informatie.

Behandeling acute klachten

Soms is er een heftige ontsteking van de slijmbeurs. Dan voelt u een acute, heftige pijn die alle bewegingen remt. Dit kan gebeuren na een plotselinge beweging of na overbelasting, zoals een heg snoeien. Een injectie of ontstekingsremmer (via de huisarts) kan nuttig zijn.

Behandeling chronische klachten

Als u SAPS heeft, krijgt u eerst uitleg. Uw arts vertelt u over het verloop en dat het meestal overgaat. Hij of zij vertelt ook dat relatieve rust goed is. Van volledige rust wordt uw schouder niet beter. Relatieve rust betekent dat u uw schouder mag bewegen, maar alleen binnen de pijngrenzen. Beweeg uw arm daarom niet boven schouderhoogte. U zult merken dat u steeds meer kunt doen met uw arm en schouder. Vaak zijn oefeningen voor de spieren rond de schouder zinvol. Ook tips over de juiste manier van bewegen zijn nuttig. Uw orthopedisch chirurg geeft advies en eventueel gaat u naar een fysiotherapeut. Medicijnen helpen de eventuele ontsteking tegen te gaan. Bij hevige pijn – bijvoorbeeld door een ontstoken slijmbeurs – kan een injectie met een pijnstiller en ontstekingsremmer helpen. Deze injectie wordt soms met echografie gecontroleerd (dit heet: een echogeleide injectie). Bij een slijmbeurs- of peesontsteking met verkalkingen in de pees (kalkneerslag), kunt u een behandeling met geluidstrillingen krijgen. Dit heet: shockwave en is vergelijkbaar met de niersteenvergruizer. Bij veel kalkneerslag, kan ook barbotage zinvol zijn. De behandelaar maakt een schouderecho waarop te zien is waar de kalk zit. Hij of zij spuit verdoving en spoelvloeistof in en prikt dan met de injectienaald een paar keer in de kalk. Hierdoor komt de kalk los. Een deel van de kalk verlaat meteen via de naald het lichaam. In de weken erna neemt het lichaam de rest van de kalk op en herstelt de pees. Na enkele weken tot maanden nemen de klachten af en bij de meeste mensen verdwijnen ze helemaal.

Operatie

Als u klachten houdt, kunnen de orthopedisch chirurg en u besluiten om te opereren. De orthopeed kan het deel van de slijmbeurs onder het schouderdak verwijderen, eventueel peesscheuren herstellen en oneffen randen aan de botten bijwerken. Een operatie is pas de laatste stap.

Meer informatie vind je op de website van zorg voor beweging.