Liever post digitaal ontvangen? Bekijk hier de instructie!

Verloop van de bevalling

Het normale tijdstip van bevallen ligt tussen de 37 en 42 weken, dus drie weken vóór en twee weken na de uitgerekende datum. Het verloop van de bevalling is afhankelijk van veel factoren en kan bij iedereen weer anders verlopen. Als u voor de eerste keer bevalt, is de bevalling vaak zwaarder en duurt het langer. Bij alle volgende bevallingen kan het een stuk vlotter verlopen.

De bevalling verloopt in verschillende fases. Tijdens de ontsluitingsfase gaat de baarmoedermond open. Bij een eerste kindje zal de baarmoedermond eerst week worden en verkorten (het aanrijpen) en vervolgens opengaan, bij een tweede kindje verloopt dit meestal gelijktijdig. Voor een deel gebeurt dit verschijnsel soms al tijdens de voorweeën. In de ontsluitingsfase heeft u dus regelmatige weeën die voor ontsluiting zorgen. De snelheid van ontsluiting is afhankelijk van meerdere factoren, zoals een eerste of tweede kindje, de kracht van de weeën en de ligging van het kindje. De eerste centimeters van de ontsluiting gaan meestal langzamer dan het laatste stukje van de ontsluiting. Na verloop van tijd gaan de ontsluitingsweeën over in persweeën. De meeste vrouwen ervaren dan tijdens de weeën een niet-tegen-te-houden-persdrang. De verloskundige beoordeelt of er sprake is van volledige ontsluiting (10 centimeter) en of het kindje diep genoeg in het bekken is ingedaald. U kunt dan meestal starten met persen (uitdrijvingsfase). Het hoofdje van de baby zal tijdens de uitdrijving steeds dieper in het bekken komen te liggen en uiteindelijk geboren worden. De uitdrijvingsfase duurt bij een eerste baby gemiddeld 30 tot 90 minuten (maximaal 2 uur). En bij een volgende baby 1 tot 30 minuten (maximaal 1 uur). Na de geboorte krijgt u, als alles goed gaat, de baby op uw borst. Het eerste uur na de geboorte laten we het kindje bij de moeder liggen. Warmte en geur van de moeder kunnen zorgen voor de eerste moeder-kind binding. Ook (eventuele) borstvoeding wordt hierdoor bevordert. De navelstreng wordt doorgeknipt. Vervolgens zal de placenta (moederkoek) nog geboren worden (nageboortetijdperk). Door samentrekkingen van de baarmoeder raakt de placenta los van de baarmoederwand. Met een beetje mee persen door de moeder komt de placenta vaak binnen 30 minuten na de geboorte van de baby ook naar buiten. Als laatste controleert de verloskundige of u hechtingen nodig heeft. Hierna is een moment van jullie samen. Na ongeveer een uur wordt het kindje nagekeken en gewogen. Als laatste helpt de kraamverzorgende of verpleegkundige uw op te frissen.