Wat is scheelzien?
Als iemand ergens naar kijkt, staan beide ogen in dezelfde richting. Bij iemand die scheel kijkt, kijkt het ene oog een andere kant op dan het andere oog. Het afwijkende oog kan naar binnen, naar buiten of zelfs naar boven of beneden gericht staan.
Scheelzien ontstaat als de normale ontwikkeling van het kijken met twee ogen is verstoord. Meestal begint het scheelzien op kinderleeftijd, maar het kan ook op volwassen leeftijd optreden. Verschillende factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van scheelzien, zoals erfelijke aanleg. Daarnaast zijn de oorzaken van het scheelzien niet altijd bekend. Het kan noodzakelijk zijn het scheelzien te corrigeren door middel van een operatie. De redenen hiervoor kunt u hieronder lezen.
Redenen om scheelzien te corrigeren
- een cosmetisch storende oogstand
- het verkrijgen van een betere samenwerking tussen de ogen
- dubbelzien, wat niet met een bril of oefeningen verholpen kan worden
- een storende scheefstand van het hoofd die gerelateerd is aan een bepaalde afwijkende oogstand
Scheelzienoperatie
Het doel van de operatie is een cosmetisch acceptabele oogstand zonder dubbelzien te creëren met, indien mogelijk, een verbetering van de samenwerking tussen de ogen. Dit wordt gedaan door de oogspieren die aan de buitenkant van de oogbol vastzitten, te verzwakken of versterken door ze te verplaatsen of in te korten. In specifieke gevallen kan in de oogspier een injectie met Botox worden gegeven en is het verplaatsen of inkorten van de oogspieren niet nodig. De operatie wordt altijd aan de buitenkant van de oogbol gedaan en niet in het oog. De ogen worden ook niet uit de oogkas gehaald.
Welke spieren geopereerd worden, hangt af van de stand van de ogen en een eventueel eerdere scheelziensoperatie. De operatie wordt onder narcose gedaan en u mag bijna altijd dezelfde dag weer naar huis. In sommige gevallen vindt de operatie onder plaatselijke verdoving plaats. Dit wordt door de oogarts met u besproken. Ook bij een botox injectie wordt het oog van tevoren verdoofd met druppels en/of een prik. Na de operatie zullen de ogen rood, een beetje gezwollen en pijnlijk zijn.
Resultaat
Het definitieve resultaat kan ongeveer drie maanden na de operatie worden beoordeeld. Gedurende de eerste drie maanden zijn er veranderingen mogelijk in de oogstand in verband met de wondgenezing en afname van de zwellingen. Tevens moeten de hersenen zich aanpassen aan de nieuwe oogstand. Het kan nodig zijn om een tweede operatie te doen, wanneer er een over- of ondercorrectie is ontstaan na de operatie.
Voor de operatie
Als de metingen van de orthoptist stabiel zijn, wordt er een afspraak gepland op een gezamenlijk spreekuur waar de oogarts en de orthoptisten aanwezig zijn. Hierop wordt besloten welke spieren geopereerd worden en hoeveel millimeter ze verzet worden. Op dit spreekuur kunt u ook vragen stellen, die u nog heeft na het lezen van deze folder. Vervolgens wordt u op de wachtlijst geplaatst.
Pre-operatieve vragenlijst
De anesthesist moet goedkeuring geven voor de narcose. Hiervoor kunt u via Mijn Adrz een pre-operatieve vragenlijst invullen.
Als de anesthesist zijn goedkeuring geeft voor de narcose, kan de operatie definitief doorgaan.
De assistente van de oogartsen neemt contact met u op en spreekt een operatiedatum af. Ongeveer een week voor de operatie krijgt u een brief thuisgestuurd met de tijd waarop u voor de operatie in het ziekenhuis verwacht wordt.
Oogdruppels
Een dag voor de operatie moet het oog of beide ogen gedruppeld worden. Dit is om infecties tegen te gaan. Dit recept stuurt de oogarts digitaal naar uw apotheek op.
U druppelt drie keer per dag 1 druppel. Ook na de operatie moet u nog twee weken doorgaan met het druppelen, tenzij de oogarts andere instructies geeft.
De dag van de operatie
Nuchter blijven i.v.m. algehele narcose: om misselijkheid en braken tijdens of na de operatie zoveel mogelijk te voorkomen is het belangrijk dat u voor de operatie een bepaalde periode niet eet of drinkt (nuchter zijn). Instructies hiervoor krijgt u samen met het tijdstip van de operatie 1 week tevoren opgestuurd.
De operatie
Op de operatieafdeling wordt de narcose toegediend d.m.v. een infuus. Het kan soms enige minuten duren voor u slaapt. Van de operatie zelf merkt u niets. Wanneer de operatie onder plaatselijke verdoving gebeurt, krijgt u een verdovingsprik door de oogarts toegediend.
Op de afdeling Dagverpleging moet uw begeleider wachten tot de operatie klaar is. De verpleegkundige van de uitslaapkamer roept uw begeleider als u weer terug bent. Dat kan wel 1.5 uur duren.
De verpleegkundige geeft vervolgens aan wanneer u en uw begeleider naar huis kunnen. U krijgt dan gelijk de afspraak voor de eerste nacontrole mee.
Praktische tips voor de operatie
Volwassen patiënten mogen na de operatie niet zelf naar huis rijden. Zorgt u voor vervoer en eventueel begeleiding.
Na de operatie
Na de operatie zijn de oogleden plakkerig door de antibioticazalf in de ogen. Hierdoor is ook het zicht tijdelijk verminderd. Dit is na een dag meestal over. De ogen worden niet afgedekt met een kapje. De ogen zijn rood en de oogleden zijn vaak gezwollen; ze kunnen ook erg tranen, soms met bloed. De hechtingen of het wondje kunnen irriteren, dit geeft een zanderig gevoel in de ogen. De oogbewegingen zijn vaak pijnlijk. Dit herstelt binnen twee tot vier weken. Het herstellen is afhankelijk van het aantal geopereerde spieren en het soort operatie.
Hoe meer spieren er geopereerd zijn, des te langer duurt het herstel. Bij een volgende operatie duurt het herstel vaak wat langer.
Wanneer er echt sprake is van heftige pijn en toenemende roodheid van het oog, dan moet u contact opnemen met de polikliniek Oogheelkunde (tel: 088-1250000).
Oefenen
Ook is het na de operatie belangrijk dat u oefent om de ogen alle kanten op te bewegen. Hoewel dit pijnlijk kan zijn, moet u dit toch doen om de spieren weer soepel te maken. Dit geeft de minste kans op oogbewegingsbeperkingen. Eventueel ontstaan dubbelzien kan vanzelf verdwijnen.
Nazorg
Leefregels
Na de operatie mag u gedurende twee weken niet zwemmen en niet in de ogen wrijven. Voorkom zo veel mogelijk het verblijf in stoffige ruimten om infecties te voorkomen.
Bij ongeveer tachtig procent van de patiënten is één operatie voldoende om een goed resultaat te krijgen. Bij de overige twintig procent van de patiënten zijn nog één of meerdere operaties noodzakelijk. Een volgende operatie is meestal pas na zes maanden mogelijk. Na de operatie zijn complicaties mogelijk, zoals dubbelzien, een nog steeds storende oogstand, een bewegingsbeperking van een oog of een oogontsteking door infectie.
Als de roodheid of pijn toeneemt, moet u contact opnemen met de poli Oogheelkunde. Tijdens kantooruren belt u 088 125 00 00. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de huisartsenpost.
Contact
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen of ontstaan er na de behandeling onverhoopt problemen waarover u zich zorgen maakt, dan kunt u bellen naar de poli Oogheelkunde Operatieplanning te Vlissingen via 088 125 52 18, tijdens kantooruren of stuur een e-mail naar oogheelkunde.optometrie@adrz.nl. Buiten werktijden kunt u bij dringende klachten contact opnemen met uw huisartsenpost.
Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan op werkdagen tussen 8.00 uur en 13.00 uur contact op met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00 of via het contactformulier.