Liever post digitaal ontvangen? Bekijk hier de instructie!

Deze folder geeft u informatie over de voorbereiding op een niertransplantatie. Het is goed u te realiseren dat de situatie voor u persoonlijk anders kan zijn dan beschreven.

U heeft van uw behandelend nefroloog gehoord dat u mogelijk in aanmerking komt voor niertransplantatie Bij een niertransplantatie wordt een goed functionerende nier van een donor in de ontvanger geplaatst. Deze donornier kan afkomstig zijn van een levende donor (bijvoorbeeld een familielid) of van een overleden donor.

Een niertransplantatie is een ingreep met risico’s. Daarom zijn voorbereidende onderzoeken nodig.  Ook psychosociaal heeft een niertransplantatie gevolgen. Hierover gaat u gesprek met een maatschappelijk werker. In dit gesprek wordt kort ingegaan op de motivatie voor een niertransplantatie, de mogelijke psychosociale gevolgen en de vergoedingsmogelijkheden via de ziektekostenverzekering.

In Nederland worden niertransplantaties in academische ziekenhuizen uitgevoerd. Adrz werkt vooral samen met het dichtstbijzijnde transplantatiecentrum, het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam.

Voorbereidende onderzoeken

De screening op geschiktheid voor transplantatie van de ontvanger vindt plaats in het Adrz. Als alle onderzoeken gedaan en beoordeeld zijn, vindt de verwijzing naar het transplantatiecentrum plaats. De nefroloog verstuurt een brief met alle onderzoeksgegevens. Voor het delen van deze gegevens wordt een transplantatieverklaring getekend door de ontvanger. Deze gegevens worden in het transplantatiecentrum besproken. Daarna ontvangt u een uitnodiging voor een eerste bezoek aan het transplantatiecentrum. Soms zijn aanvullende onderzoeken in Adrz nodig.

Voorbereidende onderzoeken bij de ontvanger

  • Tandarts: deze moet een saneringsverklaring afgeven (er mogen geen infecties in het gebit aanwezig zijn).
  • Consult cardioloog: dit consult is nodig om de conditie van het hart te beoordelen. Bij dit consult worden de volgende onderzoeken gedaan: een hartfilmpje (ECG), een echo van het hart en een inspanningsonderzoek (fietsproef of MIBI-scan). Soms is aanvullend onderzoek nodig, bijvoorbeeld een hartkatheterisatie. Zonder goedkeurig van de cardioloog is niertransplantatie niet mogelijk.
  • Consult vaatchirurg: dit consult is nodig om de conditie van de bloedvaten in de onderbuik te beoordelen. Dit wordt gedaan met echodoppleronderzoek. Soms is een CT-scan nodig. Zonder goedkeuring van de vaatchirurg is niertransplantatie niet mogelijk.
  • Overige consulten: afhankelijk van uw voorgeschiedenis is soms een verwijzing naar een andere specialist noodzakelijk zoals en uroloog, longarts of hemotoloog.

Onderzoeken

  • X-thorax (longfoto): om een algeheel beeld te krijgen van de toestand van de longen.
  • Echo buik of CT-abdomen(buik): onderzoek van de buikorganen, grote bloedvaten en lymfeklieren.
  • Urineonderzoek: kweek, sediment en 24 uurs urine.
  • Bloedonderzoeken: algeheel bloedbeeld, nier en leverwaarden en parathormoon
  • Infectieziekten in het bloed:
  • CMV: cytomegalievirus
  • VZV: Varicella Zoster Virus
  • EBV: Epstein Barr Virus
  • Hiv: de verwekker van Aids
  • Hepatitis B-virus
  • Hepatitis C-virus
  • Toxoplasmose en Lues

Bloedafnames voor Eurotransplant

  • 1e weefseltypering
    Vasstellen van de weefselkenmerken, oftewel HLA-groepen (Human Leucocyte Antigens).
  • 2e weefseltypering
    Dit is een controle op de eerste weefseltypering.
  • HLA-screening
    Vaststellen van antistoffen in het bloed. Deze bloedafname wordt tegelijk met eerste weefseltypering afgenomen en twee weken na elke eventuele bloedtransfusie.
  • Crossmatch
    Vier keer per jaar wordt deze bloedafname gedaan. Dit materiaal van de ontvanger wordt gebruikt bij het onderzoek naar de geschiktheid van een donornier, de match.

Deze bloedafnames vinden plaats in Adrz, het bloed wordt verstuurd naar het typeringslaboratorium in het LUMC (Leids Universitair Medisch Centrum).

Vormen van niertransplantatie

Er zijn twee hoofdvormen van niertransplantatie:

  1. Transplantatie met een nier van een overleden donor (postmortale donatie).
  2. Transplantatie met een nier van een levende donor, (relatiedonatie).

Voor patiënten die een levende donor hebben waarmee ze geen bloedgroep en/of weefselmatch hebben, zijn er mogelijkheden om toch te transplanteren:

  • De ‘cross-over’ transplantatie: bij deelname aan dit programma komt men op een landelijke wachtlijst van donor-ontvanger paren, waarbij ontvangers met elkaar van donor ruilen waardoor ze toch getransplanteerd kunnen worden. Dit programma draait vier keer per jaar.
  • De ‘door-de-bloedgroep-heen’ transplantatie: bij deze vorm van transplantatie worden bloedgroepantistoffen van de ontvanger met medicatie en filtertechnieken verwijderd tijdens een aantal behandelingen die vlak voor de transplantatie plaatsvinden.

Factoren die de transplantatie beïnvloeden

  • Het type donor
  • Leeftijd van de donor
  • Weefselkenmerkovereenkomsten
  • De tijd dat er geen bloedcirculatie in de nier plaatsvond en mogelijke complicatie tijdens de operatie
  • De hoogte van het aantal antistoffen in het bloed

Bij transplantatie wordt geen leeftijdsgrens gehanteerd. Met de voorbereidende onderzoeken wordt onderzocht of transplantatie mogelijk is.

Bij een levende donatievoorbereiding hebben donor en ontvanger ieder een eigen traject in het transplantatiecentrum. Aan het eind van dit traject is duidelijk of de donor daadwerkelijk geschikt is.

Onderzoeken donor

De onderzoeken van de donor vinden plaats in het transplantatiecentrum nadat de voorbereidingen voor de ontvanger afgerond zijn en de ontvanger geschikt blijkt te zijn voor niertransplantatie.

Wet op de orgaandonatie

Nederland kent een streng toezicht op orgaandonatie. Dit is geregeld in de Wet op de Orgaandonatie. Sinds juli 2020 wordt iedere Nederlander vanaf 18 jaar en ouder die niet zelf een keuze heeft gemaakt, geregistreerd als hebbende ‘geen bezwaar tegen orgaandonatie’. Levende donoren mogen geen blijvende schade ondervinden van donatie, geen geld ontvangen voor donatie en niet onder druk zijn gezet.

Eurotransplant

Eurotransplant is een organisatie met laboratoria voor weefseltypering in 7 samenwerkende landen. Als een postmortale donornier beschikbaar komt dan wordt in het plaatselijke laboratorium de weefseltypering en de bloedgroep van de donor bepaald. Hiermee wordt in de databank van Eurotransplaat de best passende ontvanger geselecteerd. Weefseltypering, antistoffen en plaats op de wachtlijst zijn de factoren voor de selectie. Na deze selectie wordt twee keer een kruisproef gedaan met materiaal van de donor en van de ontvanger. Als de uitkomst goed is kan de transplantatie doorgaan.

Het transplantatiecentrum heeft een beperkte tijd om de nier te aanvaarden. Daarom dienen ontvangers altijd bereikbaar te zijn. Ontvangers worden gebeld door de eigen nefroloog als er een nier beschikbaar is. De ontvanger hoort dan op welk tijdstip en waar hij zich moet melden in het transplantatiecentrum. Dit kan ook middenin de nacht zijn. Wanneer de ontvanger niet bereikbaar is, gaat de donornier naar de tweede op de wachtlijst.

Contact

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen of ontstaan er na de behandeling onverhoopt problemen waarover u zich zorgen maakt, dan kunt u bellen naar uw arts of verpleegkundige via de volgende telefoonnummers:

  • Algemeen nummer Adrz: 088 125 00 00
  • Nierfalenpoli: 088 125 42 69
  • Poli Interne Geneeskunde: 088 125 44 95

Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan contact op met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00 of via het contactformulier.