De specialist en de huisarts samen aan het ontbijt. Een rubriek waarin deze dokters kennis maken met elkaar en wij met hen. De locatie van deze keer? De ontbijttafel bij huisarts De Doelder in Middelburg; lekkere warme broodjes uit de oven, een bruine bol, zelfgemaakte pruimenjam van de pruimenboom uit de tuin, kaas, thee en koffie. Het is zeven uur in de ochtend.
Even voorstellen
Peter de Doelder (64 jaar) is al 36 jaar huisarts in Middelburg en neemt dit jaar afscheid om onder andere voorzitter te worden van de Cliëntenraad van het Adrz. Hij woont in Middelburg met Jeanette, ook huisarts. Ze hebben 5 kinderen. Udo Gundlach (43 jaar) is orthopeed in het Adrz. Hij woont in Middelburg aan een Kaai met zijn vrouw Iris en drie kinderen, waarvan de jongste 3 jaar is en uitsluitend haar boterhammetjes van roze bordjes eet.
Ontbijten jullie altijd voor het werk?
Udo: ‘Ik ontbijt eigenlijk nooit. Ik sta om 06.25 uur op en maak dan boterhammen voor de kinderen. De jongste wil alleen van haar roze bordje eten en laat de korstjes liggen. Die eet ik dan soms op. Verder drink ik koffie en als mijn vrouw wakker wordt, neemt zij het over en ga ik naar het ziekenhuis.” Peter: “Jeanette en ik ontbijten samen sinds de kinderen het huis uit zijn. Ik sta om 6.40 uur op en met een krantje erbij ontbijten we op ons gemak. Ik stap even voor 8 uur in de auto, Jeanette op de fiets. Om 8 uur begint mijn spreekuur in de stad of in de Mortiere, een buitenwijk van Middelburg.’
Wat weten jullie van elkaars werk?
Udo: ‘Ik ben eens een dag met een huisarts meegelopen. Dat vond ik heel erg leuk. Vooral het visite rijden maakte veel indruk. Dat mis ik in mijn vak, want je ziet op zo’n moment de patiënt in zijn eigen omgeving. Dat zegt veel. Jammer is wel dat jullie als huisartsen zo kort tijd hebben voor elke patiënt. Ik heb langer de tijd tijdens de afspraak en loop meestal ook nog uit, omdat ik het belangrijk vind met de patiënt te overleggen. Huisarts lijkt me een moeilijk vak, omdat je uit het verhaal van de patiënt moet halen wat er aan de hand is. Ik heb allerlei beeldvormende technieken tot mijn beschikking, zoals foto’s en scans.’ Peter: ‘Het lijkt me voor jullie specialisten helemaal niet fijn dat je de hele dag binnen moet zitten. Ik heb wel bewondering voor jullie vak. Ik ben aan het begin van mijn loopbaan assistent geweest bij een internist. Wat ik bijvoorbeeld mooi vind aan jouw vak als orthopeed is dat je bij een nieuwe heup de benen even lang houdt, terwijl de patiënt ligt als je hem opereert. Dat is knap.’
Waarom werden ze huisarts en orthopeed?
Udo: ‘Ik ben 3 jaar uitgeloot voordat ik medicijnen kon gaan studeren. Toen heb ik informatica gedaan. Ik heb een eigen internetbedrijfje gehad. Ook superleuk, maar ik wilde uiteindelijk toch dokter worden. In eerste instantie chirurg, maar ik vond niet al het chirurgisch werk leuk. Toen was ik op een lezing van een orthopeed en daar werd ik enthousiast van. Ik ben wel iemand die het altijd heel goed wil doen. En dat alles voor de patiënt precies klopt. Daarin vind ik mijn uitdaging.’ Peter: ‘Jeanette en ik studeerden in Rotterdam en we kregen in onze studietijd 2 kinderen. Mijn vader vond uiteindelijk dat ik lang genoeg had gestudeerd en ik moest maar gaan werken om de kost voor mijn gezin te verdienen. Jeannette had besloten om huisarts te worden en ik moest nog drie jaar wachten voordat ik de opleiding tot internist kon starten. Dat vond ik te lang. Toen heb ik ook voor de huisartsenopleiding gekozen.’
Hoe vinden jullie het contact met de patiënt?
Udo: ‘Ik heb een leuke patiëntenpopulatie. Ik ben altijd erg benieuwd als ik een brief krijg van een huisarts over een patiënt. Dan ga ik er mee verder en de aandoening die de huisarts vermoedt verder uitdiepen voor de patiënt.’ Peter: ‘En ik vind het dan weer spannend om te zien wat jij met onze brieven doet. Of het klopt wat ik heb gezien en uit het verhaal van de patiënt heb gehaald. Ik hoor vooral het verhaal aan en probeer te snappen wat de patiënt mij vertelt.’
Wat voor cijfer geeft je jouw eigen gezondheid op een schaal van 1 tot 10?
Udo: ‘Een 7. Ik mag wel wat gezonder eten, meer sporten en vroeger naar bed. Vroeger deed ik aan rugby en kickboksen. Maar voor sport is met een druk gezin en drukke baan weinig tijd.’ Peter: ‘Een 7½. Ik leef best gezond en ik roei veel. In open water en als dat niet kan op de roeimachine thuis. Een 8? Ach… dat vind ik zo opschepperig.’