Voor sommige aandoeningen bestaat maar één optimale behandeling. Maar in veel gevallen zijn er meer mogelijkheden. De afweging van de voor- en nadelen van een specifieke behandeling hangt samen met de risico’s ervan. Maar ook iemands verdere gezondheid, levensstijl, hobby of beroep spelen mee. Die afweging maken arts en patiënt in Adrz samen. De 3 goede vragen helpen daarbij.
Afstemmen op wensen en behoeften patiënt
Jan-Arie van den Hoek is orthopedisch chirurg. Hij juicht het toe om samen met patiënten te beslissen over de te volgen behandeling. ‘De tijd dat alleen de dokter bepaalde welke behandeling werd ingezet, is gelukkig al lang voorbij. Behandelingen worden heel specifiek afgestemd op de wensen en behoeften van de patiënt. Het effect van de behandeling is namelijk groter als de patiënt achter de behandeling staat. Wie de voor- en nadelen begrijpt en weet waarom iets gebeurt, houdt zich beter aan de gekozen therapie en heeft een betere kans op genezing. Daarom informeren wij patiënten zo goed mogelijk over de keuzes in het traject.’
Voorbereiden op consult met 3 goede vragen
Samen beslissen over de behandeling vraagt wel wat van de patiënt, zegt Jan-Arie. ‘Al op het moment dat de afspraak met de specialist wordt gemaakt, wordt de patiënt gevraagd zich voor te bereiden op het consult aan de hand van 3 goede vragen. Wat zijn mijn mogelijkheden? Wat zijn de voor- en nadelen van de verschillende mogelijkheden? En wat betekent dat in mijn situatie? De patiënt moet vooraf bedenken wat voor hem of haar belangrijk is. Wil hij fanatiek blijven sporten of is hij al tevreden als hij nog een rondje met zijn hondje kan wandelen? Dat kan betekenen dat de patiënt voor een andere behandeling kiest.’
Het kan altijd beter
Het klinkt logisch om alle mogelijkheden met de patiënt te bespreken en in Adrz gebeurt het al, maar het kan altijd beter, ziet Jan-Arie. ‘Daarom hebben we dit traject van 3 goede vragen in het hele ziekenhuis ingevoerd. We hebben flyers gemaakt en wijzen de patiënt erop bij het maken van de afspraak. Daarnaast zijn verschillende instrumenten ontwikkeld waarmee de patiënt zich kan informeren, zoals consultkaarten en de digitale keuzehulp voor bepaalde aandoeningen.’
De patiënt goed voorlichten
Als orthopedisch chirurg probeert Jan-Arie zijn patiënten goed te begeleiden in hun keuze. ‘Om te bepalen wat het beste is, heeft de patiënt vaak bedenktijd nodig, zodat hij de opties kan bespreken met familie of de eigen huisarts. En soms leidt die bedenktijd weer tot nieuwe vragen. Dat kost wat meer tijd, maar het levert betere patiëntenzorg op en een beter eindresultaat. Als iemand niet weet wat het nut is van een medicijn, is de kans groot dat hij het niet slikt. Hetzelfde geldt voor oefeningen doen na de operatie. Daarom moet je de patiënt goed voorlichten, bijvoorbeeld ook over de pijnklachten na een operatie. Mijn ervaring is dat patiënten minder pijnstillers slikken als ze vooraf weten wat ze kunnen verwachten.’